Het grote niets

17 augustus 2018 - Oranjerivier, Zuid-Afrika

Vrijdag 17 augustus

De eerste nacht in een tent zit er op. Comfortabel was het niet. Nou is er natuurlijk niets romantischer dan met je grote stoere bink een een tentje in de regen, maar als de tent niet waterdicht is, is de lol er gauw vanaf. Na een uurtje naar het geplens te hebben geluisterd, trof ik een plasje water aan in de hoek van de tent. En het was niet alleen nat, het was vooral koud. Volledig aangekleed, inclusief vest, liggen we in onze slaapzakken. En zelfs dat is nog koud. Al met al hebben we toch nog wel een aantal uurtjes kunnen slapen op onze dunne matrasjes.

Om 6.20 uur gaat de wekker. Ik maak de jongens wakker die in de tent naast ons slapen. Tot mijn verbazing vertelt Stephan dat hij het vannacht zo warm had dat hij, enkel in t-shirt en onderbroek, bovenop zijn slaapzak heeft geslapen. Die hitte zal wel veroorzaakt zijn door het feit dat ze met z’n drieën in het tentje sliepen. Toen ik gisteravond nog even binnen gluurde, werd ik overvallen door de benauwde lucht van zweetvoeten en scheten zoals alleen mannen dat kunnen produceren.

We pakken onze spullen in en breken de tenten af. Er staat een ontbijt voor ons klaar in de centrale ruimte, dat eigenlijk niet meer is dan douches en een ruimte om de afwas te doen. Desalniettemin smaakt het ontbijt prima.

Tegen 8 uur vertrekken we. We hebben vandaag een lange rit voor de boeg, helemaal naar de grens van Namibië. Gisteren zaten we helemaal achteraan in de truck en zijn we dus flink door elkaar geschud. African massage, volgens onze gids. Om pijntjes te voorkomen heb ik voor vandaag de plaatsjes vooraan in de truck geregeld. Daar zit je gezellig met z’n zessen in een blokje, maar het uitzicht is beduidend minder.Het landschap verandert steeds. Bij Citrusdal, waar we hebben overnacht, was het groen, bewolkt en regenachtig. En koud. Nu wordt de lucht steeds blauwer, het landschap steeds dorrer en de temperatuur steeds hoger. Na verloop van tijd zijn de sinaasappelbomen verdwenen en komen we in de woestijn. Kilometers met helemaal niets.

Onze eerste stop is een plek waar je wijn kunt proeven (en natuurlijk kopen). Om kwart over negen zitten we al met z’n allen aan de wijn. De jongens aan de alcoholvrije natuurlijk. Deze wijn is niet zo ingewikkeld als die van gisteren en smaakt, als je het mij vraagt, een stuk beter. We kopen een rode. Met schroefdop, dus de kurkentrekker sjouw ik voor niets mee. Er werd ook droge worst (van skaap of bees) verkocht en gedroogd fruit. Als iedereen voldoende heeft ingeslagen gaat de reis weer verder. Een paar honderd kilometer verder stoppen we in Garies. Geen wereldstad, wel een dorpje met een winkel voor toeristen die t-shirts verkoopt met de tekst “London, New York, Paris, Garies”. De truck wordt volgegooid met diesel en onze reis gaat door. “Frank, light it up” roept onze gids zoals altijd naar de chauffeur, als teken dat we compleet zijn en hij kan vertrekken.

We stoppen op een parkeerplaats langs de kant van de weg. Daar wordt de lunch gereed gemaakt. Bij elke maaltijdbereiding moeten er drie mensen helpen. Vandaag wordt er een grote salade gemaakt met tonijn. Zelfs Chris, die niet dol is op vis, vindt het heerlijk. De vieze afwas wordt in grote bakken gedaan. Vanavond, als we op het kamp zijn, moet de vaat worden gedaan. De klapstoeltjes en de grote tafel waarop de maaltijd is bereid worden weer opgeborgen in de truk. Die is functioneel ontworpen. Alles past precies.

We rijden verder door naar het noorden, door Namaqualand. Dit is een woestijnachtig gebied dat deze tijd van het jaar helemaal in bloei staat. Overal kleine bloemetjes in prachtige kleuren.

De laatste stop voor vandaag is Springbok. Dit is de laatste mogelijkheid voor de grens met Namibië om boodschappen in te slaan. We stoppen daar zo’n 40 minuten en doen ons tegoed aan cappuccino en lemon meringue pie.  

Wij pinnen nog gauw wat Zuid-Afrikaanse Randen. Die worden ook geaccepteerd in Namibië, hoewel ze daar hun eigen valuta hebben. De waarde is gelijk aan elkaar.

We kamperen vlak voor de grens, aan de Zuid-Afrikaanse kant van de Oranjerivier. De rivier vormt de grens. We zetten meteen onze tenten op, zodat ze goed kunnen drogen. De kampeerplek is gezellig met een grote vuurplaats in het midden. Het vuur wordt aangemaakt want het koelt er na zonsondergang flink af. En de zon gaat hier al om zeven uur onder.
 Onze gids maakt het avondeten klaar, macaronie in champignonsaus. We eten met z’n allen om het kampvuur.
 We zitten hier echt in de middle of nowhere, dus wifi is er niet, evenmin als avondactiviteiten. Tegen half 10 ligt iedereen dan ook al in zijn tent, met uitzondering van een paar feestbeesten die tegen twaalf uur met veel lawaai hun tent proberen te vinden.   

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl