Tuintje in mijn hart

17 februari 2020 - Frederiksdorp, Suriname

Gisteravond viel de stroom uit. Toen we vanmorgen wakker werden was er nog steeds geen stroom. Met de zaklamp in de hand loop ik naar de  badkamer en stap ik onder de douche. Maar ja, geen stroom, dus ook geen warm water. Ik houd het dus kort. Buiten wordt het al een beetje licht. Ik pak mijn laptop en neem plaats op de veranda voor onze cabana. Maar nog geen 30 seconden later zit ik helemaal onder de muggen. Ik vlucht weer naar binnen, maar de muggen komen met mij mee. 

Om kwart voor 7 springt de stroom weer aan. We lopen naar het restaurant voor ontbijt. De grote vogelspin, die gisteren nog in de boom naast het restaurant zat, is nu verdwenen. 

Na het ontbijt gaan we fietsen. Gio, onze gids van gisteren, gaat vandaag ook weer mee. We krijgen ieder een rode fiets met dikke banden maar zonder versnellingen. Als alle zadels op de juiste hoogte zijn gezet en de banden zijn opgepompt, gaan we op pad. Tergend langzaam, het lukt mij amper om mijn evenwicht te bewaren. We fietsen van Frederiksdorp naar Mariënburg. Daar staat een prachtige woning van de voormalige plantage eigenaar. Deze is particulier bezit en wordt beetje bij beetje opgeknapt door de huidige eigenaar. De woning is gebruikt voor de film “Tuintje in mijn hart”. We kijken er even rond en maken een praatje met de eigenaar, die vol trots vertelt dat hij alles uit eigen middelen betaalt en niet, zoals zijn buurman van Frederiksdorp, subsidies krijgt. Volgens hem heeft dat te maken met het feit dat hij een donkere huidskleur heeft, maar hij lijkt er niet mee te zitten.

We fietsen verder over een smal pad tussen de plantages. Zo hier en daar fietsen we over een houten brug, meestal zonder leuningen. We fietsen tot aan Kroonenburg, een klein dorpje. Onderweg daarheen passeren we een aantal kleine, gammele huisjes die eerder kunnen worden omschreven als krotten. Maar als we eenmaal in Kroonenburg aankomen zien we plotseling een paar Frans Bauer-achtige bungalows. Ongelofelijk, die tegenstellingen. 

Kroonenburg eindigt bij de rivier. Een houten steiger is letterlijk het einde van het dorp. We stoppen hier een drinken wat water. Terwijl wij daar staan komen er een aantal schooljuffen aanlopen van een schooltje dat we zojuist voorbij zijn gereden. Ze dragen allemaal een rode blouse met witte stipjes. Er is vandaag geen school. Net als in Nederland staken de leerkrachten hier. De juffen worden bij de steiger opgehaald met een bootje en gaan waarschijnlijk naar Paramaribo, waar vandaag een grote demonstratie is tegen Bouterse. 

Wij fietsen weer via dezelfde route terug naar Frederiksdorp. Ditmaal fietsen wij voorop en het tempo ligt aanzienlijk hoger dan op de heenreis.

Eenmaal terug op Frederiksdorp hebben we nog even de tijd voordat de lunch geserveerd wordt. De harige vogelspin is inmiddels weer gevonden. Hij zit nu op de rand van de balustrade van het pad dat naar het zwembad leidt. Tenminste, als dat dezelfde is. We bestellen de lunch op tijd want we weten inmiddels dat het zo’n 45 minuten duurt voordat het gereed is. 

Hoewel alle maaltijden hier inclusief zijn, moeten de drankjes worden betaald. Als wij ons melden bij de balie om te betalen, blijkt de rekening helemaal niet te kloppen. Er staan drankjes op die wij nooit besteld hebben. Kennelijk hebben ze de drankjes van een andere kamer bij ons op de rekening gezet. Na wat gepuzzel wordt de omissie zo goed als mogelijk hersteld. 

Ons bezoek aan Frederiksdorp komt hiermee ten einde. Om kwart voor twee staat er een boot voor ons klaar bij de steiger. Er gaan nog zes Nederlanders mee op de boot, een ouder echtpaar en vier dames van middelbare leeftijd die via Kras reizen. Aan de overkant van de rivier staan de taxi’s klaar die ons terugbrengen naar Paramaribo. Als wij onze backpacks in de kofferbak van de auto hebben gelegd moet alles er weer uit, omdat de bagage van het echtpaar en de Kras-dames niet in hun taxi passen. Met name de koffers van het echtpaar vormen een probleem. Die zijn zo groot dat je zou denken dat ze minstens een jaar in Suriname blijven. De mega grote koffers worden als eerste in de auto gelegd. Hiermee zit de bagageruimte bijna vol. Onze backpacks worden erbij gepropt. Als we eenmaal onderweg zijn gaat de chauffeur helemaal los. Wat denken die mensen wel niet om zoveel bagage mee te nemen. Er was toch duidelijk gezegd dat er geen grote koffers mee mochten. In het vervolg laat hij ze gewoon staan. Als ze zich niet aan de regels houden, moeten ze het maar voelen. Nu moet hij, nadat hij ons heeft afgezet, alsnog naar het hotel van het echtpaar om hun koffers af te geven. Als hij is uitgepraat over de koffers begint hij over zijn aanrijding  waardoor de auto naar de spuiterij moet, zijn personeelslid die gisteren een ongeluk heeft gehad en zijn zware leven als ondernemer. Hij houdt op met praten als Desi Bouterse met zijn speech op de radio komt.

Hij brengt ons weer terug naar Guesthouse Twenty4. Daar krijgen we weer dezelfde kamers als gisteren. We maken even een praatje met een reislustige dame die in de kamer naast ons zit en waarmee we het balkon delen. Daarna lopen we het centrum in. We drinken iets bij Zus & zo, tegenover de palmentuin. Daar lopen we een paar reisgenootjes tegen het lijf met wie we gisteren op Frederiksdorp de tours hebben gedaan. We reserveren meteen een tafel voor vanavond en lopen dan door de palmentuin naar Fort Zeelandia. Het is er nu rustig maar eerder vandaag waren hier de demonstraties tegen Bouterse. We maken foto’s en lopen dan weer rustig terug naar onze guesthouse. Onderweg stoppen we nog even bij Souposo, een eettent dat ons geadviseerd werd. We drinken er wat en gaan dan terug naar de guesthouse dat een stukje verderop in de straat is.

In onze kamer is airco. Dat is heerlijk want het is vandaag een warme dag. Na een uurtje relaxen lopen we weer terug naar Zus & Zo, waar we een hapje eten. 

Foto’s