Van jungle naar stad

24 april 2019 - Yogyakarta, Indonesië

Dinsdag 23 april 2019

Het is vandaag alweer onze laatste dag in Kalimantan. De wekker gaat al vroeg, want we moeten straks weer naar het vliegveld. Zodra we ons hebben aangekleed en de spullen in onze rugzakken hebben gepropt, wordt het ontbijt opgediend, wederom op het hoge dek. Terwijl wij eten, varen we het laatste stukje terug. Al voor zessen meren we aan in de haven. We nemen afscheid van de crew. Er staan weer twee taxi’s voor ons klaar om ons naar de luchthaven te brengen. De gids gaat met ons mee. Op het vliegveld nemen we ook van haar afscheid.

De vertrekhal is iets indrukwekkender dan de aankomsthal, zij het dat de wachtruimte meer doet denken aan een busterminal. De rijen stoelen, die niet aan de grond bevestigd zijn, staan nog dichter op elkaar dan de stoelen in een vliegtuig. Marijn en ik beginnen ondertussen last te krijgen van onze darmen. En dat is lastig als je op een vliegveld zit met alleen maar hurktoiletten.

Het is redelijk druk, maar als er een vliegtuig naar Jakarta vertrekt, is de vertrekhal weer grotendeels leeg. Wij moeten met het volgende vlucht mee, naar Semarang. Semarang is een grote stad aan de noordkust van Java. De vlucht duurt ruim een uur. Op het vliegveld in Semarang is wifi, dus eindelijk kunnen we weer kennis nemen van de gebeurtenissen in de wereld. Op Kalimantan waren we volledig verstoken van iedere vorm van (social) media. Het eerste wat we zien als we onze telefoons verbinden met het internet zijn de aanslagen op Sri Lanka. Vreselijk. Ieder jaar, als we een bestemming kiezen, komt Sri Lanka ook in beeld. We hadden er zomaar kunnen zijn.

We worden opgewacht door onze nieuwe gids. Hij brengt ons met zijn busje naar onze volgende bestemming, Yogyakarta. Hoewel Yogyakarta een vliegveld heeft, is het vanuit Pangkalan Bun sneller om naar Semarang te vliegen en de rest per auto af te leggen. Onderweg zien we goed hoe druk het hier is. Java is het dichtstbevolkte eiland ter wereld, en dat is ook wel te merken. De rit van Semarang naar Yogyakarta duurt vier uur, en we rijden constant door bebouwing. Overal zijn mensen. In kraampjes langs de kant van de weg, werkend op de rijstvelden, maar vooral op brommertjes die zigzaggend door het drukke verkeer gaan. De hele weg is een tweebaansweg met veel vrachtverkeer, en dat leidt regelmatig tot gevaarlijke inhaalmanoeuvres. Onze chauffeur heeft trouwens ook een ruige rijstijl.  

Onderweg stoppen we voor de lunch. Niet omdat we zoveel honger hebben, maar omdat sommigen van ons aandrang voelen. Als ik de jongens heb uitgelegd wat de voorkant van het hurktoilet is en hoe het doorspoelen werkt (een kan water uit een bak scheppen en in het toilet gieten), wagen ze het erop. Het commentaar na afloop liegt er niet om. Ik geloof dat er nog wat geoefend moet worden.

In de loop van de middag arriveren we in Yogyakarta. Ons hotel is een prima driesterrenhotel met zwembad. We doen het de rest van de middag rustig aan. We zijn hier nog twee hele dagen, dus we hebben tijd genoeg om de stad te verkennen. Na drie dagen op een boot in Kalimantan, met een douche waar alleen koud en bruin water uit kwam, is het heerlijk om weer eens onder een echte douche te staan. Helemaal opgefrist en met schone kleren aan gaan we op zoek naar avondeten. We lopen de straat van het hotel uit, die uitkomt op de hoofdweg. Hier is van alles te beleven. Net als in Jakarta wordt ook hier aan de kant van de weg veel eten bereid. Afgeschermd met wat zeil, kun je plaatsnemen op plastic krukjes die wankelen door het ongelijke trottoir. Wij schuiven aan bij een vrouw die kipsaté bereidt. Twee jonge mannen die daar zitten te eten, blijken studenten Engels te zijn. Ze helpen ons met de bestelling. We krijgen allemaal een bord met een flink aantal stokjes sate en een bord rijst. Bert en Marijn halen verderop flesjes cola. Bij het kraampje wordt namelijk alleen maar kraanwater geserveerd en ijsthee, eveneens gemaakt van kraanwater. Dat durven wij (nog) niet aan. Het eten smaakt heerlijk en het is geweldig om het gewone Javaanse leven mee te maken.

We lopen weer terug naar het hotel. Daar is het een uitgestorven boel. We willen nog even de bar in, maar die blijkt gesloten te zijn. Via het restaurant kunnen we toch nog een cocktail -alcoholvrij natuurlijk- bestellen en in de lobby opdrinken.

2 Reacties

  1. Zwaan van Keulen:
    24 april 2019
    In deze stad hebben wij toen een tour in een riksja gemaakt, één persoons hoor, ongelooflijk mooi, toen. Prachtige zilver en batik ateliers. Mooie dagen gewenst en op naar de Prambanan. Smok Jampie en Zwaan
  2. Erika Koehoorn:
    24 april 2019
    Hurktoiletten....had je wel een tuitje mee? 😆